Navelstaren

Harry Grout Dk9szjp6x5q Unsplash

Is het ‘fout’ om af en toe vrijmoedig en onbeschaamd op jezelf gericht te zijn? Dat vraag ik me niet zomaar af. Gisteren stuurde een netwerkcontact me het resultaat van een geschreven interview met mij. Over mediation, over het hoe, wat, waartoe, wanneer en waarom. Het ging alleen maar over mij, mij, mij. En mijn hart maakte een sprongetje, ik voelde me warm worden en ik was – heel even – ingenomen met die vrouw, die dat toch maar mooi voor elkaar gebokst had…

In een conflict ben je ook sterk ‘ik’ gericht als het gaat om het verdedigen van je standpunten en meningen. En dat is logisch. Conflicten gaan uiteindelijk altijd gepaard met angst. Angst voor verlies. Verlies van een relatie, een baan, status, liefde. En angst is een emotie die we niet kunnen controleren. Ons brein reageert, of we nu willen of niet. De ratio, het verstand, hobbelt daar achter aan. Evolutionair gezien begrijpelijk, maar het kan ons flink in de weg zitten.

De oorzaak van een conflict wordt – niet verrassend – door die ‘ik’ bijna automatisch aan de ‘jij’ toegeschreven. De ander is fout, egoïstisch, manipulatief en soms ronduit gek.

Als familiemediator houd ik me vooral bezig met relationele conflicten, die uiteindelijk hebben geresulteerd in een relatiebreuk. Met een figuurlijke vuilniszak aan scherven melden voormalige geliefden zich bij mij. Beiden ingegraven in hun eigen gelijk, verbaal verwijten en beschuldigingen op elkaar afvurend.

Dit soort patronen kan uiteindelijk destructieve vormen aannemen. Denk ‘War of the Roses’, waarin dat op soms geestige maar tegelijkertijd schrijnende manier grandioos wordt verbeeld door Michael Douglas en Kathleen Turner. Of het recente, en voor veel mensen herkenbare, drama ‘Marriage Story’ met levensecht spel van Scarlett Johansson en Adam Driver.

In mediation kan het soms lijken alsof de nadruk ligt op het loslaten van dat ‘ik-gerichte’, alsof het er vooral om gaat ruimte te maken voor het verhaal van de ander. En dat klopt (óók). Maar dat kan alleen als er tenminste evenveel aandacht is voor de gekwetste, beschadigde, ontheemde ‘ik-ken’ die aan tafel zitten.

Kortom, aandacht en zorg voor de eigen ‘ik’ is net zo belangrijk als de blik oprecht naar buiten – op de ander – richten.

En af en toe een beetje navelstaren, daar is niks mis mee, toch? Benieuwd naar het interview met mij? Lees het hier.